Blijkbaar werkt het zo:
Twee vriendinnen brengen samen een gezellig avondje door. Omdat het beiden spirituele zoekers zijn, gaat het gesprek al snel over de zin, de onzin, en het doel van het leven. De ene vriendin voelt zich wat droevig. Dus niet verdrietig, maar een beetje zwaar, bedrukt, mistroostig. Hoe zou dat toch komen? Want als je begrijpt hoe het komt, kun je het probleem waarschijnlijk verhelpen.

Verschillende mogelijke oorzaken passeerden de revue. Totdat een van hen zegt: “Ik heb wel eens gelezen dat we door het leven gekneed en door elkaar gehutseld worden om ons te verfijnen. Dus om innerlijk te groeien en om een beter mens te worden. Precies zoals een diamant ook getrommeld, geslepen en gepolijst moet worden om hem tot een kostbare steen te maken.”
Daarop ontstond de vraag: “Als een diamant geslepen wordt, is hij dan duurder als er meerdere facetten geslepen worden? Hoe meer mooie vlakke kantjes, hoe duurder?” Daarop wist de ander te vertellen: “Ja, een ruwe diamant wordt eerst getrommeld tot hij rond is. En daarna worden die facetten geslepen. Net zolang tot hij briljant geworden is met zoveel mogelijk facetten. Dus mooier kan niet meer. En dan wordt die steen ook niet meer diamant genoemd, maar is het een briljant geworden. Kijk”, zegt ze op haar ringen wijzend, ‘Dit zijn diamantjes…...” gevolgd door nog meer uitleg.

Het beeld is duidelijk.
De conclusie die we kunnen trekken is dat wij, ieder van ons, door het leven net zo lang door elkaar gehutseld zullen worden totdat we een briljante diamant geworden zullen zijn. Dus net zolang tot we zo verfijnd zijn dat we in al onze facetten zullen stralen. Dan is de droefheid en alle andere mogelijke smart en pijn verleden tijd.
“Dus”, bemoedigde de ene vriendin de andere: “elke keer als je nu naar je ring kijkt, moet je maar denken aan het slijpingsproces waarin je nu zit. En dat je daar uiteindelijk als een stralende briljante diamant uit tevoorschijn komt.”
“En”, dacht ze naderhand, “dat kun je natuurlijk ook doen als je geen diamantjes aan je vingers draagt, maar gewoon schitterende namaaksteentjes hebt. Want het is de schittering, dus het Licht zelf, waar het in wezen om gaat.
Reken maar dat we uiteindelijk allemaal door de wisselvalligheden van het leven zo gekneed en gevormd worden, totdat we als zo’n briljante diamant geworden zullen zijn. Maar dan wel eentje die niet alleen het licht weerkaatst, maar die zelf Licht geworden is.
Leuk om te weten:
Als je niet jezelf bent, worden de paarden bang. Je hartslag en je adrenaline stijgen als je niet jezelf bent. Dat voelen ze aan.
Je moet bijv. ook niet te moe zijn, of overdreven aardig.
Als een paard niet meewerkt, wil je het paard de schuld geven. Dat hij jou niet mag of zo. Maar het ligt niet aan het paard, het ligt altijd aan jezelf.
(Gehoord van een paardenkenner)

Wil je op dit artikel reageren, dan kan dat via de contactpagina.
Zie knop 'contact'.
